Onze steden groeien en het aantal inwoners in de provincie Utrecht neemt toe. In de steden, maar ook daarbuiten. Het wordt daardoor ook drukker in het verkeer. Hoe verleiden we onze inwoners om in plaats van de auto af en toe van deelvervoer gebruik te maken? De provincie Utrecht gaat in een Europees netwerk kennis delen over dit onderwerp.

De deelnemende steden en organisaties waren vorige week in Utrecht om met elkaar kennis te maken. Het netwerk, Interreg, stelt Europese subsidie beschikbaar om te leren van elkaars goede voorbeelden. Zo krijgen we meer inzicht in wat wel en niet werkt bij deelmobiliteit. Deelnemers zijn onder meer gemeenten, onderwijsinstellingen en vervoerregio’s uit België, Duitsland, Noorwegen, Denemarken en Nederland. Naast de provincie Utrecht zijn ook de Hogeschool Utrecht, Gemeenten Rotterdam en Amsterdam en de Vervoerregio Amsterdam aangesloten.
Deelmobiliteit
“Deelmobiliteit is nodig om de grotere vervoersvraag op te vangen, door de toegenomen verstedelijking van onze regio”, legt Eric van Dijk uit. Hij doet namens de provincie mee aan het kennisnetwerk. “Er is veel minder plek om alle voertuigen kwijt te kunnen. Dus het delen van voertuigen is dan een interessant alternatief. Maar hoe maken we dat aantrekkelijk voor de inwoners?”
Internationale samenwerking
Internationale samenwerking staat centraal in het netwerk: de meer ervaren partners uit Nederland en België zullen de weg wijzen aan andere partners. Doel is dat uiteindelijk de inwoners en bezoekers van onze regio’s kunnen profiteren van de ruime keuze in deelmobiliteit. “Ze zullen gemakkelijker kunnen kiezen tussen verschillende vormen van vervoer om zo optimaal van A naar B te kunnen komen”, aldus Van Dijk.
Meer weten? Kijk dan op de website van Interreg.
Voor persinformatie:
miranda.mens@provincie-utrecht.nl, 06 53 21 55 01