Stage Bureau Jeugdzorg
19 juli 2012
Op mijn vraag aan Bureau Jeugdzorg Utrecht, of ik bij hen een paar dagen ‘stage’ zou kunnen lopen kwam meteen een enthousiaste reactie. En dus dook ik de afgelopen week in de dynamiek van de jeugdzorg. Een waardevolle ervaring.
In 2 dagen maakte ik kennis met de dagelijkse praktijk van jeugdzorgwerkers en werd ik geconfronteerd met de complexe situaties waarin sommige kinderen verkeren. De eerste die ik tegenkwam was een Afghaans jongetje dat, verstoten door zijn familie, al een dag bivakkeerde op de burelen van Bureau Jeugdzorg omdat er geen instelling bereid of in staat was om hem op te nemen. Voor de casemanager betekent dat bellen, praten en overreden om te zorgen dat er toch een plek komt.
Tijdens mijn stage zag ik hoe enorm breed het aanbod aan meldingen is. Zo is er de Centrale Aanmelding waar bijvoorbeeld scholen melding doen van probleemsituaties. Daarnaast is er het Meldpunt Kindermishandeling en het overleg met Steunpunt Huiselijk Geweld waar de politie alle huiselijk-geweld-gevallen waarbij kinderen in het spel zijn, meldt. Vaak gaat het om summiere informatie. Aan Bureau Jeugdzorg de opdracht om uit te zoeken wat er precies aan de hand is en welke hulp eventueel nodig is. Een paar medewerkers zeiden: ‘We voelen onszelf soms bijna detectives’.Het is steeds weer de kunst om scherp en alert te zijn op verontrustende signalen en dan door te pakken, maar tegelijkertijd om niet van alles een probleemsituatie te maken die door Bureau Jeugdzorg moet worden opgelost.
Drie keer ben ik op pad gegaan met een jeugdzorgwerker. Zo haalden we een jong meisje op van het politiebureau dat was opgespoord na 5 dagen zoek te zijn geweest. Contact met de moeder, regelen van een opvangplek, mogelijke zwangerschap; het zijn maar een paar van de thema’s die hier aan de orde waren. Ook in een gesprek met een moeder die vanwege geldproblemen haar kind 2 jaar lang een bril onthield, bleek dat achter de melding van school ook andere zaken schuilgaan. Ik had in beide gevallen veel bewondering voor de tact en doortastendheid van de mensen van Bureau Jeugdzorg.En dat geldt ook voor de voogd van het multi-probleemgezin waar een harde aanpak averechts werkt maar waarmee wel heldere en duidelijke afspraken gemaakt moeten worden.
Ik heb tijdens mijn stagedagen bij Bureau Jeugdzorg natuurlijk ook naar zaken gekeken vanuit het oogpunt van de transitie. En mezelf uiteraard de vraag gesteld ‘hoe zou dit gaan als de verantwoordelijkheid en de regie na 2015 bij de gemeenten ligt’. Als de kennis van Bureau Jeugdzorg mee gaat naar de gemeenten, dan denk ik dat er veel mogelijk is. En dat zorg dan ook eerder en sneller kan worden verleend. Maar zeker niet voor alle gevallen. Bovendien denk ik dat gemeenten zich nog veel nadrukkelijker moeten richten op preventieve zorg. Opvoedcursussen en scheidingsbemiddeling kunnen eraan bijdragen dat problemen worden voorkomen. En dat is nog altijd de beste jeugdzorg!