Openbaar verslag vergadering GS Utrecht 17-12-2019

01A Openbaar verslag GS-vergadering d.d. 10 december 2019

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

04 Vaststellen concept Ontwerp Omgevingsvisie provincie Utrecht en vaststellen concept Ontwerp Omgevingsverordening provincie Utrecht + bijlagen

SAMENVATTING:

Met de Omgevingsvisie en de Omgevingsverordening provincie Utrecht leggen Provinciale Staten van Utrecht eind 2020 de ambities en beleidsdoelen van provincie Utrecht voor de fysieke leefomgeving vast en zorgen voor juridische borging. In de Omgevingsvisie en Omgevingsverordening staat beschreven hoe de provincie Utrecht zich wil voorbereiden op de toekomst, gezien alle ontwikkelingen die op de provincie afkomen en die ruimte vragen in deze kleine provincie. Slimme combinaties van functies en maatwerk per gebied zijn nodig om het mooie diverse landschap te behouden en versterken.

Om Provinciale Staten in staat te stellen om eind 2020 een besluit te nemen, stellen Gedeputeerde Staten in maart 2020 een Ontwerp Omgevingsvisie en Omgevingsverordening vast, samen met een bijbehorende PlanMER. Voorafgaand daaraan publiceren GS als tussenstap een concept ontwerp van beide documenten. Daarmee stellen zij belanghebbenden in de gelegenheid om te reageren en daarmee het Ontwerp te verrijken. Ter vaststelling ligt nu het concept Ontwerp van beide documenten voor (vanaf nu concept Ontwerp).

Het door PS in december 2018 vastgestelde Koersdocument ‘Koersen met Kwaliteit’ is, samen met het coalitieakkoord, een belangrijke basis voor de ontwikkeling van de concept Ontwerpen. In het Koersdocument zijn 20 koersen opgenomen. Die zijn uitgewerkt en meegenomen als input voor de concept Ontwerpen. De Statencommissie Omgevingsvisie wordt gevraagd de concept Ontwerpen te bespreken, zodat we hun reactie door kunnen laten klinken in de Ontwerp documenten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het concept Ontwerp van de Omgevingsvisie provincie Utrecht en van de Omgevingsverordening provincie Utrecht, inclusief bijlagen over planMER, motie groeiscenario’s en communicatie, vast te stellen en vrij te geven voor reactie;
  2. de portefeuillehouder Omgevingsvisie te mandateren zo nodig redactionele aanpassingen aan te brengen in onder 1 en 3 genoemde brieven en documenten en vrij te geven voor reactie;
  3. de statenbrief vast te stellen en met bijlagen ter kennisname toe te zenden aan Provinciale Staten.

05 Regionale economische agenda 2020-2027 (REA) en regionale ontwikkelingsmaatschappij (ROM)

SAMENVATTING:

De provincie Utrecht en omstreken, internationaal beter bekend als Utrecht Region (hierna te noemen de regio Utrecht) zet in op versterking van de samenwerking en het instrumentarium voor het economische ecosysteem. Provincie Utrecht werkt hierbij nauw samen met gemeenten Amersfoort, Hilversum en Utrecht, de kennisinstellingen, de Economic Board Utrecht, de regio’s Amersfoort, Gooi en Vechtstreek, de U10 en het Ministerie van Economische Zaken & Klimaat (EZK). Leidend principe in de samenwerking is Gezond Stedelijk Leven; kort gezegd de regionale ambitie om de groei gepaard te laten gaan met kwaliteit van leven, brede en inclusieve welvaart en een balans tussen natuur en verstedelijking. Dit principe is uitgewerkt in de regionale economische agenda (REA) die kaderstellend wordt voor de inzet van het economisch instrumentarium. Het instrumentarium wordt versterkt met een uitvoeringsorganisatie, de regionale ontwikkelingsmaatschappij (ROM Regio Utrecht – kortweg de ROM). Deze organisatie zal zich richten op de planontwikkeling en financiering voor bedrijven en projecten die passen binnen de kaders van de REA. Daarnaast zullen binnen de ROM ook de taken voor internationale handelsbevordering en acquisitie van buitenlandse bedrijven (Trade & Invest) worden ondergebracht. De Economic Board Utrecht (EBU) richt zich op het organiseren van het netwerk van bedrijven, kennisinstellingen en overheden (triple helix), strategische advisering en ondersteuning van de lobby.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. gedeputeerde Staten besluiten het statenvoorstel met documentnummer 82010EF7 vast te stellen en toe te zenden aan Provinciale Staten;
  2. PS te vragen om de uitgangspunten van de Regionale economische Agenda (REA) vast te stellen als kader voor de werkzaamheden en leidend voor de investeringen van de ROM regio Utrecht;
  3. PS te vragen om de uitgangspunten van de Regionale economische Agenda (REA) te gebruiken als basis voor de herijking van het eigen provinciaal economisch beleid en verbindend en richtinggevend te laten zijn voor regionale agenda’s op het gebied van ruimte, wonen, werken, mobiliteit, groen en energie;
  4. PS als onderdeel van de wensen- en bedenkingenprocedure instemming te vragen op het voornemen om samen met de gemeenten Utrecht, Amersfoort en Hilversum, de Universiteit van Utrecht, het Universitair Medisch Centrum Utrecht en de Staat der Nederlanden te participeren in de oprichting van de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij (ROM) Regio Utrecht B.V.;
  5. PS als onderdeel van de wensen- en bedenkingenprocedure instemming te vragen op het voornemen om bij te dragen aan het aandelenkapitaal van ROM Regio Utrecht B.V. en deze bijdrage van € 8 miljoen in 2020 en € 7 miljoen in 2022 door te storten in het Participatiefonds Regio Utrecht;
  6. PS als onderdeel van de wensen- en bedenkingenprocedure instemming te vragen op het voornemen om samen met de gemeenten Utrecht en Amersfoort en de Provincie Utrecht, de Universiteit van Utrecht en het Universitair Medisch Centrum Utrecht deel te nemen in de oprichting van Regionale Samenwerkingsmaatschappij Regio Utrecht B.V.;
  7. PS in de gelegenheid te stellen tot donderdag 16 januari 2020 9.00 uur eventuele wensen en bedenkingen te uiten en gedeputeerde Strijk te mandateren om de nota van beantwoording vast te stellen;
  8. in verband met de start van de ROM op 1 april 2020 een bedrag van maximaal € 375.000,- van de exploitatiesubsidie voor de ROM in 2020 (kostenplaats 600393; € 750.000,-) beschikbaar te stellen voor aanloopkosten van de ROM.

06 Statenvoorstel Afwegingskader uitbreidingslocaties voor wonen

SAMENVATTING:

Op 10 juli 2019 hebben PS de motie 34a aangenomen, ‘duidelijkheid over randvoorwaarden bouwen buiten de rode contour’. Via deze motie wordt aan GS opgedragen om een afwegingskader voor bouwen buiten de rode contour ter besluitvorming voor te leggen aan Provinciale Staten. In het statenvoorstel met Afwegingskader wordt aan Provinciale Staten voorgesteld om in het kader van de Omgevingsvisie en -verordening te starten met regionale programmering van woningbouw, en daarnaast specifieke aandacht te besteden aan de bouwmogelijkheden voor kleine kernen ten behoeve van lokale vitaliteit.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten het Statenvoorstel Afwegingskader uitbreidingslocaties voor wonen vast te stellen en ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten.

07 Programmaplan Energietransitie 2020-2025

SAMENVATTING:

Het Programma Energietransitie 2020-2025 heeft tot doel om de energietransitie in de provincie Utrecht te versnellen op een haalbare en betaalbare wijze. Het programma geeft uitvoering aan de afspraken die in het provinciale coalitieakkoord, het nationale klimaatakkoord en het internationale klimaatakkoord van Parijs zijn gemaakt met betrekking tot het besparen van energie en het opwekken van duurzame energie. Daarbij bevat het programma zowel nieuwe activiteiten als activiteiten die voortbouwen op de aflopende Energieagenda 2016-2019.

Voor de inrichting van een adaptief en flexibel programma en de uitvoering ervan zijn vijf leidende principes geformuleerd:

  1. We werken met een adaptief programma en bouwen dit stapsgewijs op
  2. Door samenwerking en participatie maken we de transitie haalbaar en betaalbaar
  3. We maken gebruik van ons gehele palet aan rollen en instrumenten
  4. We leveren een actieve bijdrage aan de Regionale Energiestrategieën
  5. We zetten in op opschaling van bewezen technologie én stimuleren innovatie

Daarbij is de context relevant van een snel veranderende omgeving met een veelheid aan partijen die ieder hun eigen bijdrage leveren. Daarom wordt een adaptief en flexibel programma voorgesteld, dat recht doet aan de dynamiek en ruimte geeft voor samenwerking met en inbreng van partners.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het Programmaplan Energietransitie 2020 – 2025 vast te stellen;
  2. het Statenvoorstel vast te stellen en samen met het programmaplan Energietransitie 2020-2025 ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten.

08 Intensivering beleid culturele festivals

SAMENVATTING:

In het coalitieakkoord 2019-2023 ‘Nieuwe energie voor Utrecht’ is besloten om de huidige festivalstructuur te versterken. Binnen de huidige structuur betreft het de ondersteuning culturele festivals met een artistieke en zakelijke kwaliteit van (inter)nationaal (top)niveau. Om het culturele aanbod gelijke tred te laten houden met de schaalsprong van de regio, wordt dit beleid versterkt voortgezet in de periode 2021-2024. Daarnaast wordt het beleid verbreed voor culturele festivals met een artistieke missie en visie die een meer regionale uitstraling en bereik hebben. Om landelijk, regionale en lokale besluitvorming en financiering op elkaar af te kunnen stemmen en de festivalsector tijdig in staat te stellen een meerjarenprogramma op te stellen, is het noodzakelijk het festivalbeleid, vooruitlopend op de besluitvorming van het cultuur- en erfgoedprogramma, vast te stellen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de nota Festivalbeleid 2021-2024 vast te stellen;
  2. het statenvoorstel vast te stellen en ter besluitvorming voor te leggen aan Provinciale Staten.

11 Voortgangsrapportage Q3 2019 project Vernieuwde Regionale Tramlijn (VRT)

SAMENVATTING:

In de Commissie vergadering M&M van 22 mei 2019 is toegezegd Provinciale Staten periodiek te informeren over de voortgang van het project Vernieuwde Regionale Tramlijn (VRT). Bijgevoegde kwartaalrapportage is de eerste van project VRT die in deze vorm aangeboden wordt aan PS. Project VRT loopt tot 1e kwartaal 2021.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de VRT Q3-2019 kwartaalrapportage vast te stellen;
  2. de Statenbrief vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

12 Vaststelling uitvoeringsprogramma’s Mobiliteit

SAMENVATTING:

De uitvoeringsprogramma’s Fiets, Goederenvervoer, Knooppunten, Openbaar Vervoer, Provinciale (Vaar)wegen en Verkeersveiligheid vormen een nadere uitwerking van het Mobiliteitsprogramma en het coalitieakkoord. De uitvoeringsprogramma’s geven per beleidsveld weer welke ambitie en opgave er ligt, wat er in de periode 2019-2023 wordt gedaan om deze ambitie in te vullen en welke menskracht en middelen daarvoor nodig zijn. Deze uitvoeringsprogramma’s vormen daarmee het handelingskader voor de inzet op duurzame en veilige bereikbaarheid voor de gehele provincie Utrecht voor de periode tot en met 2023.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de uitvoeringsprogramma’s Fiets, Goederenvervoer, Knooppunten, Openbaar Vervoer, Provinciale (Vaar)wegen en Verkeersveiligheid 2019-2023 vast te stellen;
  2. de Gedeputeerde Mobiliteit te mandateren kleine redactionele wijzigingen aan te brengen;
  3. de statenbrief over de uitvoeringsprogramma’s vast te stellen en ter informatie aan Provinciale Staten toe te zenden.

13 Stand van zaken verduurzaming provinciaal vastgoed

SAMENVATTING:

In de Commissie BEM van 16 oktober werden enkele vragen gesteld over de stand van zaken met betrekking tot de verduurzaming van het provinciaal vastgoed. Mevrouw De Haan-Mourik van de CU informeerde naar de haalbaarheid van energielabel C in 2023. De heer Dercksen van de PVV vroeg wat is waargemaakt van de beloofde duurzaamheidsmaatregelen uit de vorige Statenbrief en het effect van deze ingrepen.

Huis ter Heide beschikt sinds dit jaar als enige provinciale locatie over energielabel A en behoort daarmee tot wat in deze richtlijn voor de energieprestaties van gebouwen een 'groen', zeer energiezuinig gebouw wordt genoemd. Het huis voor de provincie heeft op dit moment een D-label. In 2019 is een aantal acties in gang gezet die leiden dot een energielabel C in 2021. Hiermee loopt de provincie Utrecht vooruit op de wettelijke eis om kantoorpanden minimaal een C-label te laten hebben in 2023. De hiervoor benodigde maatregelen en middelen zijn opgenomen in de begroting van 2020.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief vast te stellen en aan Provinciale Staten toe te sturen.

14 Statenbrief eindrapportage Innovatieprogramma Fysieke Leefomgeving 2016-2019 (IFL)

SAMENVATTING:

Begin 2016 hebben Provinciale Staten besloten tot het vormgeven van een Innovatieprogramma Fysieke Leefomgeving 2016-2019 (IFL). Dit programma richt zich op een effectiever rolkeuze en werkhouding van de provincie in de samenwerking met partners rond urgente en complexe maatschappelijke vraagstukken. Dit is opgepakt door actuele casussen tijdelijk met geld en kennis te ondersteunen en daarbij nieuwe instrumenten, nieuwe werkwijzen en nieuwe partnerschappen uit te proberen. Hierbij is nadrukkelijk aangesloten op het programma dat zich richt op de implementatie van de Omgevingswet bij de provincie Utrecht. Het IFL-programma loopt in 2019 ten einde. Met de voorliggende eindrapportage worden Provinciale Staten geïnformeerd over de activiteiten en casussen die het IFL heeft ondersteund tijdens deze programmaperiode. De rapportage beschrijft de impact op de maatschappelijke opgave en doet aanbevelingen aan de provinciale organisatie over de werkwijzen en competenties die nodig zijn om effectief te kunnen zijn in de samenwerking met partners.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de eindrapportage Innovatieprogramma Fysieke Leefomgeving 2016-2019 vast te stellen;
  2. de Statenbrief vast te stellen en met de eindrapportage ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

15 Ondertekening Schone Lucht Akkoord

SAMENVATTING:

Met de Samenwerkingsagenda Gezonde Lucht en de bijbehorende Uitvoeringsagenda streeft provincie Utrecht samen met haar partners naar het behalen van de advieswaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) voor gezonde lucht in 2030. Het Rijk sluit op 13 januari 2020 het Schone Lucht Akkoord (SLA) met lagere overheden. Dit akkoord sluit aan bij de ambities van de provincie Utrecht voor gezonde lucht. Het SLA streeft naar het realiseren van gezondheidswinst voor iedereen Door samen met het Rijk, provincies en grote gemeenten het SLA te ondertekenen en daarna de maatregelen uit te voeren, wordt het effectiever om de provinciale doelen voor luchtkwaliteit te behalen. Het akkoord bevat geen resultaatverplichting, maar slechts een inspanningsverplichting. De genoemde maatregelen vallen bij de provincie binnen bestaande beleidskaders.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het Schone Lucht Akkoord mede te ondertekenen;
  2. Gedeputeerde Van Muilekom te mandateren om het SLA namens Gedeputeerde Staten te ondertekenen;
  3. de Statenbrief vast te stellen en met het definitieve concept van het SLA ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

16 Inzet Informatie & Consultatie Orgaan Aardwarmte en ondertekening Manifest Aardwarmte

SAMENVATTING:

Aardwarmte als warmtebron kan enorm bijdragen aan de transitie naar schone duurzame energie. Het is van groot belang dat de opsporing en uiteindelijke winning van aardwarmte veilig en verantwoord gebeurt en dat de mogelijke toepassing van aardwarmte het vertrouwen heeft van de inwoners en andere belanghebbenden. Een belangrijke factor hierin is de zorgvuldigheid waarmee de winning van aardwarmte plaatsvindt en het proces om hiertoe te komen. Daarom wenst de provincie het initiatief te ondersteunen om te komen tot het lanceren en ondersteunen van een onafhankelijk platform, het Informatie en Consultatie Orgaan Aardwarmte (ICO Aardwarmte) dat bijdraagt aan een brede en evenwichtige discussie en ondertekend GS het ‘Manifest Informatie en Consultatie Orgaan (ICO) Aardwarmte’. Het ICO Aardwarmte is in staat effectief te signaleren, te verbinden en rollen af te bakenen en creëert een vertrouwde omgeving voor maatschappelijke partijen die niet vanzelfsprekend bij het onderzoek naar aardwarmte worden betrokken. Het ICO Aardwarmte zorgt daarbij voor objectieve informatie en kennis opdat deze maatschappelijke partijen vroegtijdig en volwaardig hun belangen kunnen inbrengen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het ‘Manifest Informatie en Consultatie Orgaan (ICO) Aardwarmte’ vast te stellen en aan te gaan;
  2. de gedeputeerde Van Essen te machtigen om het ‘Manifest Informatie en Consultatie Orgaan (ICO) Aardwarmte’ te ondertekenen;
  3. de statenbrief Informatie & Consultatie Orgaan Aardwarmte vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

17 Afdoening motie 130 PS-vergadering van 5-11-2018 ‘Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst’

SAMENVATTING:

In de Provinciale Staten (PS) vergadering van 5 november 2018 is motie 130 ‘Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst’ aanvaard. Hierin wordt een verzoek gedaan om inzage te geven in het aantal studenten en scholieren die de provincie jaarlijks ontvangt. Ook wordt verzocht informatie te verstrekken over wat de provincie doet om scholieren bij PS te betrekken. Tot slot verzoekt PS het college en de griffie concrete en meetbare doelstellingen te formuleren op dit punt. Middels de aangehechte Statenbrief heeft het college aan de motie voldaan.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. kennis te nemen van de wijze van afhandeling met betrekking tot motie 130 ‘Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst’;
  2. de Statenbrief ‘Afdoening motie 130 Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst’ vast te stellen en toe te zenden aan Provinciale Staten.

19 Beslissing op een bezwaarschrift gericht tegen een ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming voor het onderdeel houtopstanden

SAMENVATTING:

Het College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Utrecht heeft op de aanvraag van 4 juni 2019 van de Provincie Utrecht, onderdeel Domein mobiliteit, op 18 juli 2019 ontheffing verleend voor compensatie van de herplantplicht op andere grond dan de grond waarop zich de gekapte houtopstand bevond. Dit verzoek heeft betrekking op de regeling artikel 4.5, eerste lid, van de Wet natuurbescherming (hierna: de wet) en artikel 4.2.2, tweede lid, van de Verordening Natuur en Landschap van de Provincie Utrecht 2017 (hierna: Vnl).Tegen dit besluit van 18 juli 2019 is op 27 augustus 2019 een bezwaarschrift ingediend. Gedeputeerde Staten hebben, conform het advies van de Awb-adviescommissie van PS en GS, besloten om de bezwaren ongegrond te verklaren en de ontheffing in stand te laten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de bezwaren gericht tegen het besluit van 18 juli 2019 ongegrond te verklaren;
  2. het bestreden besluit van18 juli 2019 in stand te laten;
  3. de beslissing op bezwaar vast te stellen, te verzenden en voor de motivering van de beslissing op bezwaar met toepassing van artikel 3:49 van de Awb te verwijzen naar het advies van de Awb-adviescommissie van PS en GS.

20 Wijziging subsidieplafond Programma Aanpak Veenweiden

SAMENVATTING:

In de uitvoeringsverordening Subsidie Agenda Vitaal Platteland 2016-2019 is, naar nu blijkt, bij de openstelling per 2016 het subsidieplafond voor artikelen 2.3 en 4.1.2 voor thema Aanpak Veenweiden per abuis een cijfer verwisseld. Tijdens de looptijd van het programma Aanpak Veenweiden (dat door Gebiedscommissie Utrecht West is uitgevoerd) is altijd uitgegaan van een openstelling van € 2.620.000,-- in plaats van € 2.260.000,--. Daardoor blijkt nu aan het einde van dit programma een tekort. Een subsidieaanvraag die momenteel in voorbereiding is en goed past binnen dit stimuleringsprogramma en waarover de Stuurgroep Aanpak Veenweiden al een positief advies heeft gegeven kan daardoor niet worden gehonoreerd.

Door de openstelling alsnog te verhogen tot €2.340.000,-- kan ook de laatste aanvraag die nog in december wordt verwacht nog worden gehonoreerd. Een volledige ophoging tot € 2.620.000,-- is dus niet nodig; concreet betekent dit een ophoging van € 0,08 mln.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de wijziging van de Uitvoeringsverordening subsidie Agenda Vitaal Platteland provincie Utrecht 2016-2019, geregistreerd onder 8200DC2A, vast te stellen;
  2. dit vaststellingsbesluit te publiceren in het Provinciaal Blad.

21 Wijziging Uitvoeringsverordening subsidie Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam provincie Utrecht en verlenging van het Utrechtse programma Nieuwe Hollandse Waterlinie en Stelling van Amsterdam

SAMENVATTING:

Het huidige Utrechtse programma Nieuwe Hollandse Waterlinie (NHW) en de Stelling van Amsterdam (SvA) 2016-2019 heeft als ambitie om het militair werelderfgoed (gebouw en gebied) van de NHW & SvA beter te verbinden, versterken en verzelfstandigen. Dit doen wij nadrukkelijk vanuit partnerschap middels een verbindende en faciliterende rol.. Om continuïteit te borgen in de uitvoering wordt voorgesteld om de looptijd van het huidige programmaplan 2016-2019, te verlengen totdat het nieuwe Utrechtse programmaplan voor de NHW en SvA inclusief bijbehorende uitvoeringsverordening is vastgesteld. Naast verlenging van de looptijd van het programma wordt het subsidieplafond in de bijbehorende uitvoeringsverordening. opgehoogd. De wijziging betreft geen aanpassing van de inhoudelijke toetsingscriteria.

2020 is een belangrijk jaar voor de SvA en de NHW omdat dan helder wordt of de NHW als aanvulling op de SvA de titel UNESCO werelderfgoed krijgt. De verlenging geeft het programmateam de tijd om een goede doorvertaling te maken van het nieuwe Coalitieakkoord en de programma ambities af te stemmen op de meerjarenbegroting van het coalitieakkoord en de nominatie.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het besluit tot wijziging van de Uitvoeringsverordening subsidie Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam provincie Utrecht, geregistreerd onder nummer 82006A13, vast te stellen en te publiceren in het provinciaal blad;
  2. het Utrechtse programma Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam te verlengen tot het moment dat het nieuwe Utrechtse programma is vastgesteld met als uiterste termijn het eerste kwartaal van 2021.

22 Beantwoording schriftelijke vervolgvragen ex art. 47 RvO, gesteld door de statenlid R. Dercksen, betreffende de exploitatie Uithoflijn

SAMENVATTING:

De Partij voor de Vrijheid Utrecht heeft schriftelijke vragen gesteld over de exploitatie van de Uithoflijn. Het betreft vervolgvragen op de antwoorden op eerdere vragen over documentatie ter onderbouwing van de eventuele additionele (exploitatie)kosten van de Uithoflijn.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Dercksen, betreffende de exploitatie van de Uithoflijn, vast te stellen en te verzenden.

38 Rondvraag

Het verslag wordt vastgesteld in de vergadering van 7 januari 2020,

Voorzitter, Secretaris, Mr. J.H. Oosters mr. drs. A.G. Knol-van Leeuwen