Commissaris van de Koning Hans Oosters: overheid moet kompas zijn

"We leven in een tijd van grote veranderingen en veel mensen in onze samenleving voelen zich onzeker. Dat komt vooral, doordat mensen het gevoel hebben geen grip te hebben op de veranderende omstandigheden. Daarom moet de overheid een kompas zijn en een aanjager van vernieuwing." Dat zei commissaris van de Koning Hans Oosters tijdens zijn nieuwjaarstoespraak op 10 januari.

CvdK Hans Oosters reikt Kinderprijs 2023 uit aan Mehrzad en Lars; in 2024 gaat hij meer in gesprek met jongeren
CvdK Hans Oosters reikte op 15 november de Kinderprijs 2023 uit aan Mehrzad en Lars; in 2024 gaat hij meer in gesprek met jongeren.

In zijn toespraak hekelde hij de verdeeldheid en het gekissebis in de politiek: “Dat is niet wat het op drift geraakte electoraat wil. Mensen willen een overheid die vaardig en bekwaam meebeweegt met de veranderende tijd.”

Handelingsperspectief

De commissaris noemde de bestuurlijke aanpak van de waterschappen als goed voorbeeld:

“Het waterbeheer in Nederland mag, sinds 1953 en de hoogwaterstanden in 1993 en 1995, symbool staan voor een overheid die om weet te gaan met onzekerheid. En die mensen perspectief biedt voor het tijdig vinden van oplossingen en preventie.”

Dat de waterschappen daarbij ook de hulp inroepen van inwoners en hen bijvoorbeeld vragen tegels uit de tuin weg te halen, zodat water in de bodem kan wegzakken bij hevige regenval, vindt de commissaris positief: "dit biedt inwoners handelingsperspectief."

Jongeren

In zijn toespraak gaf commissaris Oosters aan in 2024 meer in gesprek te willen met Utrechtse jongeren om te horen hoe zij proberen grip te krijgen op hun toekomst: “De stem van jongeren wordt in onze samenleving gemist. En als die al te horen is, wordt deze vaak tekort gedaan.” Hij nodigde alle volwassenen in Utrecht uit meer naar jongeren te luisteren: “Geef jongeren in 2024 een stem en daarmee meer grip op hun toekomst!”

Jonge boeren

Ook stond de commissaris stil bij de gebiedsgerichte aanpak om te werken aan natuurherstel en het terugdringen van stikstof. Het Utrechts Plan Landelijk Gebied is klaar. Maar door onduidelijkheid over regelgeving, vergunningverlening en financiering vanuit de rijksoverheid, blijft de onzekerheid voor boeren bestaan. Onlangs hebben de boerenorganisaties die vertegenwoordigd zijn in het Stikstofcollectief aangegeven de gesprekken over de gebiedsgerichte aanpak stop te zetten in afwachting van landelijke duidelijkheid. “Begrijpelijk, maar teleurstellend,” aldus Hans Oosters. Hij deed een dringende oproep aan alle betrokkenen om tóch in gesprek te gaan in de gebieden. En hij maakte bekend dat de provincie komend voorjaar een provinciale Landbouwtop organiseert, waarbij álle betrokkenen met elkaar in gesprek kunnen. “We kunnen de plannen die we daar maken dan kant-en-klaar neerleggen bij het nieuwe kabinet. Want één ding is duidelijk: met de kabinetsval en de nieuwe verkiezingen zijn de problemen niet verdwenen."

Geld voor gemeenten

De commissaris sloot zijn toespraak af met een advies aan de formerende partijen in Den Haag. “Als het nieuwe kabinet echt iets wil doen aan het vergroten van de bestaanszekerheid van mensen, dan moet het de financiële positie van gemeenten verbeteren.”

Gemeenten maken zich namelijk grote zorgen of zij straks hun sociale taken wel goed kunnen blijven uitvoeren, omdat zij vanaf 2026 fors minder geld krijgen uit het gemeentefonds. De commissaris deelt die zorgen. Als gemeenten onvoldoende geld krijgen, zullen de inwoners dit direct merken volgens hem:  “Bestaanszekerheid is meer dan een fatsoenlijk inkomen. Iedere dag leveren gemeenten in steden en dorpen een grote bijdrage aan bestaanszekerheid door maatschappelijk werk, sociale en welzijnsvoorzieningen en bibliotheken in stand te houden. Ook schieten ze mensen te hulp, die geen plek hebben om te slapen of er even zelf niet meer uit komen. Dit belangrijke sociale netwerk wordt op lokaal niveau vormgegeven en onderhouden.” Meer en structureel geld voor gemeenten vanuit het Rijk is, volgens Oosters, daarom nodig.

Voor persinformatie:
karin.alberts@provincie-utrecht.nl06 53 72 80 69