Niet-productieve investeringen bodem- en watersystemen
Status: Aanvraagperiode gesloten
Aanvraagperiode: -
Europese subsidiemogelijkheden voor waterschappen. Subsidie kan worden verstrekt voor niet-productieve investeringen in of nabij watersystemen.
Subsidiabele activiteiten leveren een bijdrage aan de doelstellingen zoals beschreven in de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn, of het herstel van de natuurlijke toestand van watersystemen, het duurzaam optimaliseren van de waterhuishouding (voorkomen of beperken van watertekorten, wateroverlast, verzilting) of bodemdaling. Deze subsidieregeling draagt mede bij aan het Bodem- en waterprogramma provincie Utrecht 2022-2027, alsook aan de uitwerking van de Omgevingsvisie voor het beleidsthema ‘klimaatbestendig en waterrobuust’, het Programma klimaatadaptatie 2020-2023, de Regionale Veenweiden Strategie Utrechtse Veenweiden (RVS) en het Uitvoeringsprogramma RVS 2023 –2024.
Waterschappen waarvan (een deel van) het beheergebied in de provincie Utrecht ligt.
Voorbeelden van investeringen die voor steun in aanmerking kunnen komen:
- investeringen ten behoeve van het uitvoeren van herstelmaatregelen en (grootschalige) inrichting van gebieden, die bijdragen aan verbetering van de waterhuishouding, natuur, klimaatmitigatie en -adaptatie en biodiversiteit;
- investeringen in waterlopen en in kunstwerken voor waterbeheer;
- herstel en aanleg natuurvriendelijke oevers;
- aanleg of verbetering van vispassages.
Zie het openstellingsbesluit.
De aangevraagde subsidie moet minimaal € 200.000 zijn. Het subsidieplafond per beheergebied is als volgt:
- Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden: € 828.600,- (100% EU bijdrage);
- Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden: € 4.014.950,- (waarvan 43% EU bijdrage en 57% bijdrage HDSR);
- Waterschap Amstel Gooi en Vecht: € 730.000,- (100% EU bijdrage);
- Waterschap Rivierenland: € 700.000,- (100% EU bijdrage);
De subsidieaanvrager is verplicht de aanvraag tot subsidievaststelling binnen drie jaar na datum subsidiebeschikking of, indien dat eerder is, uiterlijk op 31 december 2028 in te dienen.
Op basis van artikel 2.4.5 van de Verordening geldt een subsidiepercentage van 100% van de subsidiabele kosten. Echter, de subsidie bedraagt 70% van de subsidiabele kosten voor investeringen die gericht zijn op de waterkwantiteit. Voorbeelden van investeringen gericht op de waterkwantiteit zijn het verbreden van watergangen zonder dat de waterkwaliteit of biodiversiteit wordt verbeterd, de aanleg van drainagesystemen anders dan onderwaterdrainage om bodemdaling tegen te gaan en de aanleg van drainagepoelen.
Voor meer informatie kunt u bellen met:
Eveline Nobel-de Weerd
tel: 06 39 63 25 57
E-mail: glb@provincie-utrecht.nl