Deze webpagina wordt nog aangepast aan de situatie onder de Omgevingswet.
De provincie Utrecht is rijk aan bossen, heidevelden, stuifzanden en weidegebieden. Verder is de natuur in onze provincie het leefgebied van talloze planten en dieren. Het beschermen van de bijzondere Utrechtse natuur is één van onze kerntaken. Daarbij maken we onderscheid in het beschermen van natuurgebieden, van dier- en plantsoorten, van bomen en bossen en van het landschap.
Binnen de provincie bestaan er verschillende soorten gebiedsbescherming.
Natuur Netwerk Nederland
De belangrijkste natuurgebieden in de provincie Utrecht maken deel uit van het Natuurnetwerk Nederland (NNN). Om ervoor te zorgen dat de omvang en kwaliteit van deze gebieden niet kleiner wordt, beschermen we ze via ons ruimtelijke beleid. Dit hebben we uitgewerkt in onze Omgevingsvisie en Interim Omgevingsverordening. In het hele Natuurnetwerk geldt dat een bestemmingsplan zorgt voor de ruimtelijke bescherming en geen ontwikkelingen toelaat die leiden tot aantasting van het NNN (de wezenlijke kenmerken en waarden, kwaliteit, samenhang en oppervlakte). Hier zijn een drietal uitzonderingen op waarbij aantasting onder voorwaarden van onder andere mitigatie en compensatie mogelijk is. Het gaat hier om ontwikkelingen van groot openbaar belang, ontwikkelingen die leiden tot een versterking van het NNN (Meerwaardebenadering) en ontwikkelingen die beperkt worden gewijzigd of worden toegevoegd, waarbij die wijziging of toevoeging noodzakelijk is voor de instandhouding van de bestaande bestaande bestemming.
Natura 2000-gebieden
In gedeeltes van ons Natuurnetwerk komen soorten en habitats (leefgebieden van bijzondere planten of dieren) voor die vanuit Europees perspectief van grote waarde zijn. Bijvoorbeeld omdat ze in andere Europese landen niet of nauwelijks aanwezig zijn. Deze gebieden zijn aangewezen als Natura 2000-gebieden en genieten extra bescherming. Zo is het verboden om activiteiten uit te voeren die slecht zijn voor de waterhuishouding of milieubelasting van Natura 2000-gebieden, ook als deze activiteiten buiten het betreffende gebied plaatsvinden. In het Beleidskader Wet natuurbescherming (Wnb) (pdf, 19 MB) staat hoe de bescherming is uitgewerkt. De Aanpak Stikstof is een manier om met deze regels om te gaan.
Groene Contour
Buiten het NNN is in onze provincie de groene contour aangewezen. In de Groene Contour willen wij landbouwgronden omvormen tot natuurgebied om daarmee het Natuurnetwerk Nederland te versterken. Het gaat om een totale omvang van 3000 hectare. Binnen deze gebieden kan op vrijwillige basis natuur gerealiseerd worden. Tot die tijd blijft het bestaand gebruik ervan – bijvoorbeeld landbouw – toegestaan. In de PRV is geregeld dat er geen grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen plaatsvinden, tenzij er grote publieke belangen in het spel zijn. Is dat het geval dan is ook hier compensatie nodig. Binnen de groene contour is, onder voorwaarden, ruimte voor bebouwing als dit samen gaat met de realisatie van natuur.
Weidevogelkerngebied
Buiten het Natuurnetwerk hebben we gebieden met veel weidevogels aangewezen als weidevogelkerngebied. Voor weidevogelkerngebieden is in de Omgevingsverordening een instructieregel opgenomen voor gemeenten voor nieuwe ontwikkelingen. Deze zijn alleen toegestaan onder voorwaarde dat de kwaliteit van het leefgebied van de weidevogels aantoonbaar per saldo minimaal wordt behouden. Lees in de handreiking hoe u dit doet.
Om de meest kwetsbare dier- en plantsoorten in Nederland te beschermen zijn bepaalde activiteiten in principe verboden. Te denken valt aan het doden, vangen of verstoren van dieren of het verwijderen van planten. Dit is geregeld in de Wet Natuurbescherming. In deze wet staan de soorten waar de verboden voor gelden. Deze vorm van bescherming noemen we passief soortenbeleid.
Rol provincie Utrecht bij het beschermen van soorten
De provincie Utrecht is samen met de andere provincies verantwoordelijk voor het beschermen van soorten. Hoe de provincie dit doet, is vastgelegd in het Beleidskader Wnb (pdf, 19 MB). In sommige situaties en onder bepaalde voorwaarden mag u activiteiten die verboden zijn volgens de Wet natuurbescherming (Wnb) wel uitvoeren. De provincie Utrecht moet daar toestemming voor geven via een vrijstelling of ontheffing. Is die toestemming er, dan gelden bepaalde voorwaarden, zoals het compenseren van de schade aan een bepaalde plant- of diersoort. Toezichthouders en handhavers zien er in opdracht van de provincie op toe dat deze voorwaarden worden nageleefd en dat de ‘groene’ wetten en regels worden gerespecteerd.
Natuurinclusief werken
Omdat we het belangrijk vinden dat economie en natuur elkaar niet in de weg zitten, hebben we in het Beleidskader Wnb (pdf, 19 MB) vastgelegd dat we natuurinclusief willen werken. Dit houdt in dat we initiatiefnemers stimuleren om natuurbelangen vanaf het begin af aan mee te nemen. Bijvoorbeeld wanneer ze willen gaan bouwen op een locatie waar beschermde dieren of planten zijn of andere activiteiten willen uitvoeren die verboden zijn volgens de wet. Hiermee voorkomen we dat een activiteit onnodig vertraging oploopt en zorgen we er voor dat de schade aan beschermde soorten vanaf het begin ondervangen wordt.
Gebiedsgerichte aanpak op basis van een Soortenmanagementplan
In de stedelijke gebieden stimuleren wij gemeenten om in te zetten op soortmanagementplannen om een balans te vinden tussen potentieel negatieve ontwikkelingen en de passieve en actieve bescherming van de soort. Om te voorkomen dat er voor elke activiteit opnieuw ontheffing moet worden gevraagd, biedt de Wnb de mogelijkheid tot gebiedsontheffing, op basis van een soortenmanagementplan (SMP), voor een groter gebied en met de looptijd van 10 jaar.
De provincie stelt subsidie beschikbaar aan gemeenten voor het maken van soortenmanagementplannen, via de Subsidie Soortenmanagementplan.
Kennisdocumenten Soorten
De kennisdocumenten Soorten zijn een belangrijk hulpmiddel bij het bepalen van schadelijke effecten van een ingreep (zoals bouwen of slopen) op beschermde diersoorten. In de documenten staan maatregelen waarmee deze effecten kunnen worden verminderd of voorkomen. De kennisdocumenten waren voorheen bekend als de soortenstandaards op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl). Sinds 2017 zijn de provincies verantwoordelijk voor de ontheffing verlening bij ruimtelijke ingrepen. Bij12, de uitvoeringsorganisatie van de gezamenlijke provincies in Nederland, heeft de soortenstandaards geactualiseerd en omgevormd naar kennisdocumenten voor 21 veel voorkomende beschermde diersoorten.
U vindt het Kennisdocumenten Soorten op de website van www.Bij12.nl Op deze pagina vindt u ook het juridisch kaderdocument met de juridische aspecten waarmee een initiatiefnemer bij de planvorming, uitvoering en realisatie van een ruimtelijke ingreep of andersoortige activiteit met impact op deze 21 beschermde soorten te maken kan krijgen.
Aan de kennisdocumenten kunnen geen rechten worden ontleend. De provincie maakt een eigen afweging en kan in individuele gevallen afwijken van deze kennisdocumenten.
Tijdelijke natuur
Voor sommige beschermde dier- en plantsoorten zijn braakliggende terreinen een ideaal leefgebied. Deze gebieden dragen zo bij aan een hogere biodiversiteit . Als eigenaar of gebruiker van de grond kunt u een ontheffing tijdelijke natuur ontvangen. Er hoeft dan geen nieuw leefgebied aangelegd te worden wanneer u start met de werkzaamheden. De beschermde soorten die zich op uw terrein vestigen, worden dan verplaatst. Dit betekent dat u sneller kunt starten met de werkzaamheden en dat de kosten voor natuurcompensatie bespaard worden.
Asbestdak saneren? Doe de preventiecheck
Tijdens de vervanging van asbestdaken kunnen kwetsbare diersoorten verstoord worden. Om zowel asbestdakaanpak als soortenbescherming te waarborgen, wordt er een preventiecheck ontwikkeld en getest. Lees meer op de pagina Asbestdaken.
Wij hechten bijzondere waarde aan het grote bosgebied dat onze provincie rijk is, met name op de Utrechtse Heuvelrug, maar ook op andere plaatsen. Om dit gebied te beschermen hebben we een aantal instrumenten tot onze beschikking.
Meldplicht en kapverbod
Zo geldt er bij het vellen van bos een meldplicht: mensen die bomen willen gaan kappen moeten dat van te voren aangeven. De voorgenomen houtkap mag alleen doorgaan als blijkt dat er geen waardevol bos verloren gaat. Is dat wel het geval, dan kunnen wij de kap van het betreffende bos tegenhouden door ter plekke een kapverbod in te stellen. Overigens zijn er gevallen waarbij de meldplicht niet geldt.
Herplantplicht
Daarnaast geldt voor de bossen in de provincie Utrecht een herplantplicht: bos dat gekapt wordt, moet worden teruggeplaatst. Onder voorwaarden staan we daarbij toe dat de nieuwe bomen op een ander perceel worden geplant. We stimuleren in dat geval dat de gekozen compensatieplek bijdraagt aan de realisatie van provinciale doelen. Alleen in bijzondere gevallen geven wij een ontheffing van de herplantplicht, bijvoorbeeld als bos moet wijken voor heide- en schraallandherstel. We letten daarbij op een goede balans tussen bos en andere natuurtypen. Een en ander is vastgelegd in de Omgevingsverordening en in de Beleidsregels Natuur en Landschap.
Kleine Landschapselementen
Tenslotte heeft de provincie Utrecht ook regels opgesteld om bepaalde kleinere bossen, rijtjes knotwilgen, houtwallen en beeldbepalende bomen te beschermen. In principe mogen deze zogenoemde kleine landschapselementen niet geveld, beschadigd of vernietigd worden. Als dat onverhoopt toch gebeurt, moeten ze worden hersteld. De regels voor kleine landschapselementen zijn opgenomen in de Omgevingsverordening.
Oude bosgroeiplaatsen
Een oude bosgroeiplaats is een locatie waar sinds het begin van de 19e eeuw bos aanwezig is. Deze bossen zijn erg waardevol vanwege bijzondere bovengrondse- en ondergrondse biodiversiteit.
In de provincie Utrecht zijn oude bosgroeiplaatsen beschermd: bos op oude bosgroeiplaatsen moet bos blijven. Dat is opgenomen in de omgevingsverordening van de provincie Utrecht. Gemeenten, initiatiefnemers en hun adviseurs moeten bij het vaststellen van het omgevingsplan rekening houden met deze oude bosgroeiplaatsen. Daarom is een handreiking opgesteld, een praktisch hulpmiddel bij de bescherming van waardevolle oude bosgroeiplaatsen.
Utrecht herbergt een veelzijdig landschap dat varieert van de grote bosgebieden van de Heuvelrug in het oosten tot het Veenweidegebied in het westen van de provincie. In onze Kwaliteitsgids Utrechtse Landschappen hebben we deze veelzijdigheid beschreven. De provincie Utrecht hecht veel waarde aan de bescherming van het landschap. Daarom hebben we het behouden van de kwaliteit ervan als provinciaal belang opgenomen in de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS). Dit beleid hebben we vertaald naar regels in de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV). Dit betekent dat gemeenten in hun ruimtelijke plannen rekening moeten houden met het landschap en dat ze erop moeten toezien dat ontwikkelingen in het landelijk gebied hier op afgestemd worden. Ook zelf sporen we initiatiefnemers aan om de landschappelijke kernkwaliteiten in hun plannen mee te nemen.
Daarnaast hebben we in de Omgevingsverordening regels opgenomen die ons landschap ruimtelijk beschermen vanuit het oogmerk van natuurwetenschappelijke, landschappelijke, cultuurhistorische en archeologische waarden. Het gaat hierbij enerzijds om het voorkomen van slootdempingen en het beschermen van kleine landschapselementen. Anderzijds willen we voorkomen dat het Utrechtse landschap er rommelig uitziet. Dit doen we onder andere door het stellen van regels aan de ligplaats voor woonschepen en aan het plaatsen van borden, spandoeken, vlaggen etc.
Via de Uitvoeringsverordening Subsidie Biodiversiteit (USB) en de Subsidie Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap (SKNL), stelt de provincie extra middelen voor biodiversiteit ter beschikking.
Via de USB kan er voor drie verschillende biodiversiteitsonderwerpen subsidie aangevraagd worden:
De Subsidieregeling kwaliteitsimpuls natuur en landschap (SKNL) is een middel om het Natuurnetwerk te versterken. De SKNL stelt ook subsidie beschikbaar voor aandachtsoorten (bedreigde soorten).
Contact
Secretariaat van de afdeling Fysieke Leefomgeving
Telefoon: 030 258 9011
E-mail: secretariaat.leefomgeving@provincie-utrecht.nl